Permanente vorming
Art. 52 e.v. Codex Deontologie voor Advocaten
De verplichting voor advocaten om zich permanent bij te scholen in juridische en praktijk-ondersteunende materies is een belangrijk aspect van het beroep. Recht en maatschappij zijn voortdurend in evolutie. Het verlenen van een kwaliteitsvolle dienstverlening aan de rechtzoekende vereist dat de advocaat op de hoogte is van de meest actuele stand van zaken.
Per gerechtelijk jaar moet u als advocaat een verplicht minimum van 20 permanente vormingspunten behalen. Daartoe kan u deelnemen aan door de OVB erkende opleidingen en seminaries. Ook het geven van juridische lezingen of schrijven van een juridische bijdrage kan – mits goedkeuring – in aanmerking komen voor puntentoekenning. U bent vrij om uw vormingsprogramma zelf samen te stellen, mits naleving van de volgende regels:
Regels
Per gerechtelijk jaar komen maximaal 10 punten permanente vorming in aanmerking voor ‘in house’ opleidingen. Dit zijn opleiding georganiseerd binnen samenwerkingsverbanden of kantoororganisaties en die niet toegankelijk zijn voor andere advocaten.
Per cluster van 5 gerechtelijke jaren moet u als advocaat minstens 2 punten permanente vorming behalen voor vormingen op het vlak van deontologie.
Advocaten-stagiairs zijn vrijgesteld van de permanente vormingsverplichting tijdens de eerste drie stagejaren.
Derdenrekening
Art. 130 e.v. Codex Deontologie voor Advocaten
Iedere advocaat is verplicht om, hetzij zelf, hetzij via het kantoor, een aparte rekening te gebruiken voor financiële verrichtingen ten behoeve van cliënten of derden.
Deze zogenaamde derdenrekening beoogt de bescherming van de belangen van cliënten en derden die aan hun advocaat geld hebben toevertrouwd met het oog op doorstorting aan een specifieke ontvanger.
Naast het houden van een derdenrekening, moet u als advocaat en advocaat-stagiair bij de aanvang van ieder kalenderjaar de stand daarvan uw rapporteren op datum van 31 december van het afgelopen jaar.
Baliebijdrage
Art. 144 e.v. Codex Deontologie voor Advocaten
Elke advocaat is jaarlijks een baliebijdrage verschuldigd aan de Orde waar hij of zij is ingeschreven.
Als een advocaat is ingeschreven bij meerdere balies, moet de volledige baliebijdrage worden betaald aan de balie van het hoofdkantoor en de helft van de gebruikelijke baliebijdrage aan de overige balies.
Voor het jaar 2024 is de baliebijdrage als volgt bepaald:
- Eerstejaars stagiair: € 2050,00
- Tweede- en derdejaars stagiair: €2250,00
- Vierdejaars stagiair: €2600,00
- Tableau advocaat: €2600,00
- Advocaat EU-lijst: €2600,00
- Advocaat B-lijst : €2100,00
- Bijkantoor / tweede vestiging: €1300,00
- Ere-advocaat: €90,00
De baliebijdrage wordt als volgt besteed:
- Bijdrage OVB: €605,00
- Beroepsaansprakelijkheidsverzekering: €557,15
- Arbeidsongeschiktheidsverzekering (Precura): €587,79
- Insolvabiliteit: €41,90
- Solidariteitsfonds: €90,00
- Bijdrage Balie Brussel: €718,16